In het Hof van Twente

Vandaag ga ik samen met Zus naar een fotohut in de buurt van het Overijsselse Markelo om vogels te fotograferen. Al zal ik mijn neus niet optrekken voor eventuele andere bezoekers.

Uit de veren

De wekker gaat om zes uur. Het is al licht buiten. Een goed uur later arriveren we op de plaats van bestemming. Na een korte wandeling, bepakt en bezakt, dalen we de trap af naar ons verblijf van de dag. Het is donker binnen. De gordijnen zijn nog dicht. We laten ze dicht tot we onszelf geïnstalleerd hebben in de hoop dat de blauwe reiger blijft zitten waar 'ie zit. Onze hoop vervliegt als de vogel het luchtruim kiest net voor we de gordijnen opentrekken. We kunnen nu wel even de omgeving op ons gemak verkennen.

Naar voren twee kleine zanderige eilandjes ingesloten in een cirkelvormige dijkje. Het water binnen het dijkje staat zeker een centimeter of dertig lager dan normaal. De watergrens tekent zich duidelijk af tegen de eilandjes en het dijkje. Op de eilandjes en het dijkje zijn wat boomstronken gepositioneerd om mooie zitplaatsen te creëren voor de fotomodellen. Voorbij het zanddijkje kijken we uit over de grote waterplas, aan de linkerkant begrensd door een muur van bomen en struiken. Ergens aan het eind van die muur, verscholen in het gebladerte en aan het zicht onttrokken, bevindt zich een horst van een buizerd.

Aan de rechterkant van de fotohut zie ik een kunstmatige wand met daarin een nestholletje. En een stroompje waarin het krioelt van de karpers. De hele dag horen we gespetter als er weer een paar paaiende karpers bezig zijn.

Scheren, fourageren en determineren

We zien blauwe reigers over de waterplas scheren. We zien berg- en wilde eenden fourageren. Het lukt me om de tureluur te determineren. Net als de kleine plevier met de onmiskenbare trippel langs de waterrand. Kieviten gaan regelmatig op de wieken om te duikelen in de straffe wind. De vogels zitten allemaal vrij ver bij de hut vandaan en we kunnen alleen wachten tot ze in de loop van de dag wat dichterbij komen. Ondanks mijn 840mm blijven ze passen in het scherpstelrondje van mijn vizier.

De twijfelende arend

Zeearend

Dan maakt mijn hart een sprongetje van blijdschap. Er is de laatste tijd wat opwinding rondom deze plek vanwege de verschijning van een visarend. En daar, verderop langs het stroompje, zit een grote bruine roofvogel. Een paar maten groter dan een buizerd. We hebben geluk. Ondanks dat de vogel al een paar dagen niet gezien is, krijgen wij deze vrijdag de show van ons leven. Maar iets knaagt er in mijn achterhoofd.

Het duurt een tijdje voor ik mijn twijfel ga onderzoeken. Internet, de meegebrachte vogelgids en ruggespraak via de telefoon met de eigenaar van de fotohut, rechtvaardigen mijn twijfel. Te groot en te bruin voor een visarend, wij worden begroet door een zeearend!

De arend vermaakt ons door heen en weer te vliegen over de plas, vaak achterna gezeten door een zwarte kraai, om wat te vissen. En vervolgens de gevangen vis op te peuzelen. Het valt mij op dat ondanks dat de andere vogels hun afstand bewaren, ze er wel iedere keer als de kippen bij zijn zodra de zeearend neerstrijkt op de grond. De pestende zwarte kraai weet ook daadwerkelijk restjes te bemachtigen die de zeearend laat liggen.

Zeearend Zwart A1V1 blijkt een jochie te zijn dat in de lente van 2016 is grootgebracht op het Vogeleiland in het Zwarte Meer bij Kampen. Sinds september 2016 is hij onder de radar gebleven van wetenschappers en fanatieke vogelspotters. En mensen die het leuk vinden om meer te weten van wat ze zien. Maar nu is de wereld weer blij. Hij leeft nog en is in goede gezondheid.

De blauwe flits

Dan zie ik in mijn ooghoek een blauwe flits. Iets oranjes zoekt een plekje op een kale boomstam voor de hut. Voordat het goed en wel tot ons doordringt, gaat het ijsvogeltje er als een speer vandoor. Ik kan wel janken. Dit vogeltje staat enorm hoog op mijn wensenlijstje en hier laat ik een prachtkans lopen. Wegvliegen. Zus hoopt op de vlaamse gaai. Die zien we regelmatig voorbijvliegen, maar de enige keer dat deze voor de hut gaat zitten, is niet lang genoeg om mooie of zelfs acceptabele foto's te maken. Voor ons dan. Gelukkig houdt de zeearend ons voldoende bezig de eerste uren van de dag.

Blauwe reiger

Na een kleine dip in activiteit, besluit een blauwe reiger terug te komen en zich in een kale boom op het dijkje bezig te houden met wat poetsen. Ik leef me helemaal uit. Voor het oeverlopertje, de wilde eenden en de turkse tortel die zich binnen het dijkje begeven, zoom ik helemaal in. Het oeverlopertje is razendsnel, te snel voor de autofocus van mijn lens. Iets waar ik al eerder tegenaan gelopen ben. Hoewel ik blij ben met deze lens vanwege de enorme zoom, kan ik af en toe ernstig vloeken op de autofocus ervan. De wilde eenden en de turkse tortel doen het wat rustiger aan. Zo krijg ik meer kans om scherpe foto's te maken.

 

Intermezzo

Rond het middaguur neemt de vogelactiviteit weer drastisch af. Een paar groene kikkertjes besluiten van de gelegenheid gebruik te maken om ons een pauzeshow voor te schotelen. Een welkom intermezzo.

De middagpauze voorbij

Na de pauze neemt de blauwe reiger het weer over. Hij, of zij, komt met een sierlijke vlucht uit de boom en landt voor ons op het eilandje binnen de dijk. Vandaar wandelt zij, of hij, door het water naar het andere eilandje. De tocht brengt succes. Na intens staren duikt de reiger voorover het water in en komt met een visje in de snavel weer naar boven. Hap, slik, weg.

Een ekster komt even aanvliegen om een paar slokjes water te drinken. Thuis zo vervloekt omdat ze alle andere vogels uit de tuin jagen, knippen we er hier lustig op los om die mooie vogel op de gevoelige chip vast te leggen. Ja, wij zijn hypocriet. Nou en.

In de loop van de middag wordt het wachten, in ieder geval voor mij, ruimschoots beloond. De blauwe flits keert terug van weggeweest en laat zich nu uitgebreid zien en fotograferen. Ik ben door het dolle heen en weet niet van ophouden. Het resultaat is bijna driehonderd foto's waarvan er veel verdacht veel op elkaar lijken. Selecteren is mijn straf.

IJsvogel

In de fotohut

HBN fotohut 6 ligt in de buurt van Markelo bij een zandwinning. Door deze ligging is het blijkbaar geen standaard fotohut. Ik kan daar niet over meepraten. Het is mijn eerste keer in een gehuurde fotohut. Iets waar ik, na deze ervaring, aardig gewend aan kan raken.

De hut is voorzien van een hangend statiefsysteem waardoor het niet nodig is je eigen statief mee te slepen. Aan de voorkant kun je gebruikmaken van een statiefsysteem op rails. Daarmee bestrijk je het grootste deel van de plas en het complete aangelegde stuk recht voor de hut. Voor het rechterraam hangen ook twee statieven, maar deze zijn vastgeschroefd in het plafond en kunnen daarmee alleen in hoogte versteld worden.

En hoewel je een raam aan de voorkant en aan de zijkant hebt, kun je slechts van één raam gebruikmaken. Doe je de gordijnen bij allebei de ramen tegelijkertijd open, dan zit je in het zicht van de vogels. En blijven ze dus heerlijk op afstand.

De hut is niet groot met plaats voor maximaal twee fotografen. Dan nog moet je inventief met de ruimte omgaan om met z'n tweeën aan de voorkant én aan de rechterkant te kunnen fotograferen. Vooral als je bedenkt dat je zelf voor proviand en de afvoer daarvan moet zorgen. In natuurlijke als niet-natuurlijke zin.

O ja, zelf voeren hoef je hier ook niet. Dat wordt allemaal voor je geregeld.

De vervloekte lens

Blauwe reiger

Voor iemand die normaalgesproken met het beste glas van Canon fotografeert, vergt de Sigma 150-600mm f/5.0-6.3 DG OS HSM Sports behoorlijk wat aanpassingsvermogen. De snelheid en scherpte halen het niet bij wat ik gewend ben. Dat maakt werken met deze lens een uitdaging voor me. Iets vergelijkbaars in kwaliteit en snelheid als mijn andere lenzen, is voor mij de investering niet waard. Ik gebruik deze lens alleen hobbymatig om vogeltjes en andere beestjes te fotograferen, dus moet ik van mezelf hier maar aan wennen.

Ik gebruik de lens in combinatie met de bijbehorende 1.4x converter op mijn Canon EOS 5D Mark III. De combinatie maakt dat ik maar één scherpstelpunt heb voor de autofocus. Alleen in het midden. Als ik liveview gebruik, kan ik wel het scherpstelpunt verleggen. Op liveview raak ik echter wel wat burst-snelheid kwijt. Geen probleem bij een stilstaand, of zittend, onderwerp, wel wat lastiger bij een bewegend onderwerp.

De gemaakte foto's ogen altijd soft. Net niet helemaal scherp. Een waasje. Ook hiervoor biedt in mijn geval liveview een uitkomst. Op liveview lukt het me beter ragscherpe foto's te krijgen, dan via de viewfinder. Bij gebruikmaking van de autofocus.

Het scherpstelgebied is bovendien vrij ruim. Dat levert een probleem op als het gebied waar ik de scherpte wilt hebben, maar een klein stukje daarvan beslaat.

Neem onderstaande foto als voorbeeld. Ik wil het oog haarscherp hebben. Dat oog is erg klein binnen het scherpstelgebied van het objectief. Als ik mijn camera op het oog richt om scherp te stellen, valt ook een groot deel van de achtergrond binnen dat scherpstelgebied. En omdat dat deel groter is dan de hele kop, kan het gebeuren dat de autofocus zich daar op richt. Wat bij mij dan resulteert in vloeken als ik een bewegend onderwerp probeer te volgen op AI Servo.

Vorige
Vorige

Fotoweetje: Fotokalender

Volgende
Volgende

De Blauwe Kamer