Dossier Roofvogel: de kleine vogelsvanger

De sperwer (Accipiter nisus) is een geduchte roofvogel die bekend staat om zijn ongelooflijke behendigheid in de lucht en zijn vermogen om kleine zangvogels te vangen. Met een indrukwekkende snelheid en precisie jaagt hij vooral op mussen, mezen, spreeuwen en vinkachtigen, maar zelfs grotere vogels zoals Turkse tortel, ekster of zelfs gaai zijn niet langer veilig wanneer deze meedogenloze heerser van het luchtruim in de buurt is. Het is prachtig om te zien hoe de sperwer als een levende pijl op zijn nietsvermoedende slachtoffers duikt. Het is alsof hij de wetten van de zwaartekracht tart terwijl hij moeiteloos door de lucht navigeert. De sperwer mag dan klein van stuk zijn, maar zijn jachtkunsten maken hem tot een reus in het dierenrijk.

Er zijn verschillende fotohutten waar de sperwer zich regelmatig laat zien. Het is altijd een bijzonder moment wanneer de vogel wordt gespot, omdat de andere bezoekers vaak luidruchtig alarmeren en in paniek wegvluchten. De sperwer heeft meestal het rijk alleen. Er is wel één tafereel dat me altijd is bijgebleven, waarbij een brutale ekster de roofvogel bleef uitdagen. Het leidde echter tot niets spannends. De sperwer trok zich niets van de ekster aan en bleef onverstoorbaar zitten op een tak. Hoewel de ekster duidelijk uit was op provocatie, toonde de sperwer geen enkele teken van irritatie of agressie. En na het afdruipen van de ekster, kon de sperwer eindelijk in alle rust in bad.

Persoonlijk geef ik de voorkeur aan de Engelse benaming van deze kleine roofvogel: de sparrow hawk, oftewel de mussen havik in het Nederlands. Omdat deze naam perfect weergeeft wat deze schitterende vogel is - een buitengewoon behendige havik die zijn prooi vindt in de vorm van mussen. Met zijn slanke postuur en zijn vlijmscherpe blik, manoeuvreert de vogel behendig tussen de takken door en duikt razendsnel naar beneden om zijn ongelukkige slachtoffers te verrassen. De sparrow hawk is werkelijk een meesterlijke jager.

Vorige
Vorige

Een jaar in perspectief

Volgende
Volgende

Op de fiets: Quercus, Boterbloempje's kleine broer